Oktober 2018

Oktober 2018


Communicatie door de kerkenraad (1)

Op 1 oktober communiceert de kerkenraad weer via het kerkblad (181001) over de rechtszaak en noemt daarbij expliciet onze namen. De inhoud van het bericht is correct, maar wij hebben géén toestemming gegeven om over ons te publiceren. Onze mail van augustus aan de gemeente (180828) grijpt de kerkenraad aan om onze namen nu steeds in de communicatie te noemen. Dit begrijpen we enkele weken later. Omdat wij zelf open zijn geweest over de rechtszaak waarin de kerkenraad grotendeels in het gelijk is gesteld. En omdat we open zijn geweest over onze intenties.

De kerkenraad is van mening dat vanaf nu alles over ons geschreven en gezegd kan worden. Elke vorm van zorgvuldigheid vervalt daarmee in de optiek van de kerkenraad. Het voornemen van de kerkenraad om de gemeente nader te informeren geeft bij ons alleen dan ook onrust. De mailwisseling (181010) tussen G1 en de advocaat van de kerkenraad is ontwijkend en we kunnen er een en ander uit afleiden. Naast het aanspannen van een rechtszaak door de kerkenraad, zal de beschikking hoogstwaarschijnlijk niet uitgevoerd worden. Na 10 oktober verneemt G1 niets meer.

In de tussentijd verdiepen wij ons in de mogelijkheden die de kerkenraad heeft om in hoger beroep te gaan. Zelf hebben we daar geen behoefte aan. De toets of documenten over die ons als persoon treffen onder de privacywet vallen is geweest en is positief bevestigd.

Advies ICG – faciliteren van een gesprek

Op 2 oktober, eerder dan verwacht, ontvangen we van de ICG per mail het advies (181002) qua te hanteren werkwijze. Uit het advies blijkt dat de behandelcommissie niets onderzoekt. Men komt niet verder dan het faciliteren van een open gesprek tussen ons en de kerkenraad. We constateren dan ook dat de behandelcommissie met deze voorgestelde aanpak wezenlijk afwijkt van hetgeen van een geschillencommissie moet doen. Het wijkt bovendien af van wat ons door de voorzitter van de ICG is voorgehouden qua werkwijze van de ICG. Hij erkende dat onze zaak zich leende voor de ICG en niet voor de door hem beschreven pool van mediators. Dit is reeds beschreven bij november 2017.

Opnieuw legt men onze vraag naar onderzoek alsof het een tegenstelling vormt met het willen verzoenen. Die voorstelling van zaken is ronduit verkeerd, maar die vind ik ook niet bijbels. Zie overigens ook onze aanmelding in november 2017! Ook wordt aangegeven dat ‘alle feiten op tafel moeten komen’, maar hiermee bedoelt men slechts hetgeen de partijen erover willen zeggen. Onze zorgen verwoorden we puntsgewijs in een brief (181008) die we aan de behandelcommissie sturen. Hoewel het ons moeite kost, gooien we deur richting de commissie niet dicht, maar blijven we een opening zoeken en bieden om toch door te kunnen gaan.

Op 10 oktober reageert ook de ICG met een ontvangstbevestiging (181010) van onze brief van 8 oktober. We verwachten daarna een eerste mededeling van uitstel op verzoek van de kerkenraad. Maar het kan natuurlijk ook een keertje meevallen.

Aan u de vraag of een gesprek waarvan al vaststaat dat de kerkenraad alle feiten ontkent en verbergt zin heeft. Aan u de vraag wat u verwacht van een geschillencommissie.

Mijn geloofscrisis vanwege houding VP2

Tussendoor volgt er op 8 oktober een reactie van VP2 (181008) op de brief van G1 van 27 september. Hij gaat in het geheel niet in op de hem geboden kans om zijn eerdere woorden terug te nemen. Hij betitelt de geboden kans juist als een dreiging aan zijn adres, wat veel zegt over zijn manier van interpreteren. Verder verwijst hij G1 terug naar het kerkrecht en voor wat betreft genomen besluiten naar de kerkenraad. Hij stelt dat zijn inbreng strikt bedoeld was voor intern beraad, hetgeen niet strookt met de inhoud van zijn advies (160415).

Hij heeft enkele jaren geleden bij de kerkenraad aangegeven dat zijn advies buiten het kerkrecht valt. Toen begreep ik niet waarom hij het nodig vond dit te melden. Maar inmiddels begrijp ik dat hij hiermee voorkomt dat het advies volgens het kerkrecht opvraagbaar is. Nu verwijst hij bovendien G1 naar het kerkrecht, terwijl hij uiteraard al weet dat dit sowieso een doodlopende weg is. Je moet het maar durven. Hij stuurt haar dus (terug) het bos in, wetende dat ze daar verdwaalt.  Hij negeert dus ook het feit dat hij G1 (en ook G8) in zijn advies 41 keer heeft genoemd. Hoe diep kan een predikant wegzakken in een web van leugens met als doel de ander monddood te houden? Ongelooflijk vind ik het.

Besef

Mijn gewetensnood wordt door toedoen van deze predikant hoger, het geeft ook mijn geloofsvertrouwen een stevige knauw. We beseffen echter dat het voor mensen die terecht of onterecht veel aanzien hebben verworven, iets toegeven als gezichtsverlies voelt. Dat besef geeft ons ruimte om te blijven strijden voor eerlijkheid en transparantie. Ik zal een keus moeten maken. Buig ik voor de kerkenraad en consorten of geef ik gehoor aan de bijbelse opdracht om onrecht te bestrijden.

Vanaf nu beseffen we ook meer en meer dat we in de afgelopen jaren ook gedragen zijn door onze hemelse Vader om alles wat ons is overkomen te kunnen dragen. We vertrouwen er ook op dat de uitkomsten van deze ‘strijd’ er in feite niet toe doen, maar dat we hier voor geplaatst worden. We weten dat het al de moeite waard is al enkelingen uit de kerkenraad tot inzicht komen en zich voor God kunnen en willen verantwoorden. Hij is er bij, Hij ziet alles en bij Hem zijn we wel veilig.

Vernietigen documenten in opdracht van de kerkenraad

Op 16 oktober ontvang ik twee verrassende mails (181016) van de functionaris gegevensbescherming, tevens KR-S2.3, namens de kerkenraad. Hij schrijft me enerzijds aan als voormalig diaconielid en anderzijds als voormalig moderamenlid. De beide mails vragen op grond van de AVG om een bevestiging van vernietiging van kerkenraadsstukken door mij. Ruim een week later (181024) laat ik KR-S2.3 weten dat ik hierover advies inwin.

Communicatie door de kerkenraad (2)

Bovendien verbied ik expliciet, op grond van de AVG, publicaties over mij, G1 of G8 in het kerkblad. We staan er voor open om dat in overleg te doen. Door in overleg met elkaar te communiceren wordt ook een weg naar verzoening bewandeld.

Twee dagen later antwoordt KR-S2.3 (181026) dat hij rustig mijn uiteindelijke antwoord afwacht. Er bestaat volgens hem geen voornemen om in het komende kerkblad iets te publiceren. Hiermee word ik gerustgesteld, G1 heeft echter meteen de nodige argwaan bij deze ‘ontspannen’ reactie. Helaas wordt deze argwaan op dramatische wijze bevestigd in november.

ICG deelt uitstel mee

En jawel, op 17 oktober ontvangen we bericht van de ICG. De kerkenraad heeft, zoals al min of meer verwacht, langer tijd nodig. We reageren er dus ontspannen op. Ik weet al lang dat de bereidheid van de kerkenraad om op basis van feiten te praten er niet is. Twee weken later volgt een bericht van ICG (181031) waaruit duidelijk wordt dat partijen er zeer verschillend in staan. ICG kondigt ook de reactie op onze vragen aan.


Acties kerkenraad                 Acties                  Acties kerkleden
VP2 en ICG

181001: kerkenraad plaatst bericht in kerkblad over rechtszaak    
 

181002 – ICG stuurt advies per mail

 
  181008 – Reactie VP2 op brief G1 (180927)

181008 – G1 en M1 verwoorden zorgen omtrent werkwijze ICG

  181010: mailwisseling tussen G1 en advocaat kerkenraad  
  181010: ICG bevestigt ontvangst, wacht op reactie van de kerkenraad  

181016 – Functionaris Gegevensbescherming vraagt om vernietigen van kerkenraadsstukken

   
   

181024 – M1 geeft aan FG 1e reactie op verzoek tot vernietiging kerkenraadsstukken en verbiedt communicatie zonder afstemming

181026 – Reactie KR-S2.3 op mail M1 (181024): heeft geduld, zegt toe niet te publiceren in kerkblad 

   
 

181027: ICG geeft aan dat de kerkenraad uitstel heeft gekregen

181027: M1 en G1 reageren dat uitstel al was ingecalculeerd

 

181031 – ICG kondigt reactie op korte termijn aan