Mei 2018

Mei 2018


ICG neemt kwalificaties over

ICG houdt ons inderdaad op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen. Dat blijkt uit een email (180501) waarin staat dat de kerkenraad alsnog zijn medewerking wil verlenen aan een ICG-traject. Er valt ons wel een aantal dingen op aan de inhoud van deze email: de kerkenraad heeft met ICG, buiten ons om, al gesproken over het ingediende verzoekschrift (begrijpelijk). De kerkenraad heeft bovendien ook al zijn kwalificaties aan meegegeven (onjuist). ICG neemt deze kwalificaties ‘zomaar’ over en haalt in navolging van de kerkenraad ook nog een niet-bestaand classistraject aan. Dat baart ons uiteraard zorgen.

Wel stelt de ICG terecht dat de komende rechtszaak geen blokkade vormt voor behandeling door de ICG. De inhoud van het conflict is namelijk niet aan de rechter voorgelegd. Opnieuw is duidelijk dat een controlerende instantie hetgeen een kerkenraad aangeeft eenvoudigweg voor waar aanneemt en zelfs overneemt. Men toetst niet of hetgeen gesteld wordt ook juist is.

Vertrouwen als voorwaarde

Omdat we zorgen hebben over de onbevangenheid waarmee de ICG stellingen/standpunten van de kerkenraad overneemt, zijn we voorzichtig. We reageren (180509) gematigd positief op de mail van ICG.  Voordat we definitief instemming geven, vragen we ICG om ons inzicht te verschaffen in de werkwijze. Daarnaast benoemen we ook onze zorg. Beide zaken zijn ons aangeraden door kerkrechtdeskundigen.

Er volgt een in onze ogen wat kille en toch wel teleurstellende reactie van ICG op ons verzoek. Men verwijst ons qua werkwijze simpelweg naar het reglement van de ICG en onze zorg negeert men. Uiteraard hebben we de vraag over de werkwijze juist gesteld omdat het reglement daar geen uitsluitsel over geeft. Verder benadrukt de ICG dat we vertrouwen moeten hebben in de werkwijze van ICG. Dat hebben we vaker gehoord … vertrouwen als voorwaarde.

Opnieuw besluiten we v.w.b. ICG positief in te steken, we geven op 15 mei (180515)  ons akkoord aan de ICG. Nu volgt dan eindelijk de behandeling van het geschil zoals ik en G1 dat  in november 2017 aanhangig hebben gemaakt. De ICG bevestigt de ontvangst van ons bericht en als eerstvolgende stap zal er een ICG-behandelcommissie samengesteld worden. Het tijdspad ontbreekt nog, maar daar zullen we voor nu in berusten. We zijn wel blij met de mogelijkheid om binnen de kerkelijke weg een onderzoek te laten doen.

Op 25 mei (180525) ontvangen we van de ICG bericht over de samenstelling van de behandelcommissie. Wij gaan op dit moment uit van hetgeen er in de krantenberichten en in de reglementen te vinden is. Het benoemen van een behandelcommissie betekent dat er een ICG-onderzoek komt, hetgeen aansluit bij wat men ons in november 2017 heeft laten weten.

Verweer van de kerkenraad – documenten bestaat niet

Op 11 mei stuurt G1 nog een aanvulling op haar verzoekschrift (180511) aan de rechtbank. Enkele dagen later dient de kerkenraad zijn verweerschrift (180514) in bij de rechtbank. Tot mijn stomme verbazing ontkent de kerkenraad hierin het bestaan van vrijwel alle documenten die G1 ter inzage vraagt. Het verweerschrift gaat nauwelijks in op de feitelijke inhoud van het verzoek. Het is echter wel een aanval op de persoon G1 om haar daarmee in diskrediet te brengen. Zo probeert de kerkenraad de aandacht af te leiden van waar het feitelijk om gaat. Het is kennelijk de manier waarop de kerkenraad deze rechtszaak wil insteken. De kerkenraad stelt dat vanwege het ambtsgeheim de documenten (als ze zouden bestaan) sowieso niet aan G1 toekomen.

Verweer van de kerkenraad – aanval op G1

Verder wordt er in het verweer van de kerkenraad gesteld dat G1 mediation heeft geweigerd. Dit moet je maar op papier durven zetten en durven verklaren aan een rechter! Zoals u reeds las, was het juist KR-P1 die mediation geweigerde in het voorjaar van 2016.

De kerkenraad verklaart ook dat ICG de kwestie niet kon behandelen, omdat G1 de Wbp-procedure is gestart. Het is nogal wat om dit zo te schrijven. Het was de kérkenraad die bij monde van KR-P3 op 8 december 2017 besloot niet mee te werken. Pas daarna is door G1 de Wbp-procedure gestart. En waarom? Het is niet nodig om dat te herhalen, zie december 2017. Bovendien heeft de ICG aangegeven dat het inzage-verzoek bij de rechter van een andere orde is dan het inhoudelijke conflict. Vanwege het inzage-verzoek verspreidt de kerkenraad hardnekkiger dan voorheen het idee dat alleen G1 een conflict heeft met de kerkenraad. Dat is onzin. Ik heb niet voor niets deze kwestie bij de ICG aangemeld. Voor mij is het uiteraard niet nodig om inzage te vragen, die heb ik namelijk al.

Rol van de gemeente

In de dagen voorafgaand aan de hoorzitting vertelt G1 mij dat ze behoorlijk wat appjes van gemeenteleden krijgt. Men roept haar op haar acties te staken: ‘maak niet andermans leven kapot’, ‘er is maar één Rechter’, etc. Als G1 vervolgens duidelijk maakt dat ze slechts inzage vraagt in stukken die over haarzelf handelen, is er onbegrip. Ze krijgt als reactie: waarom doe je dat via de rechter, die kun je toch gewoon opvragen bij de scriba? Waarom kies je deze route, waarom vind je dat nodig?

Wás het maar zo eenvoudig. Wij dachten het zelf ook. Besluiten en gronden die over jezelf handelen zou je inderdaad gewoon moeten kunnen opvragen bij de scriba. Inmiddels weten we meer en zijn we inmiddels op een onaangename en verdrietige  manier wijzer. We voelen allebei dat we ook opboksen tegen de kennisachterstand die gemeenteleden hebben. Ze zijn eenzijdig geïnformeerd en voelen niet hoe ongewenst G1 de stap naar de rechter vindt. Wat weet de gemeente van het klemzetten? Wat weet de gemeente van wat er zich afspeelt? Wie weet van de blokkades die steeds opnieuw zijn opgeworpen? Wat is er bekend over de onmogelijkheid om  kerkelijke routes te volgen?

Mag recht gezocht worden?

Het zet ons echter ook aan het denken over de dubbele houding die we als kerkmensen hebben. Waarom vinden we dat we ons recht niet bij een wereldlijke rechter mogen zoeken? Waarom zou een rechter niet mogen toetsen wat een aantal mensen in een kerk aan regels heeft bedacht? Als het niet mogelijk is om de toetsing op de toepassing van regels binnen de kerk te doen? Waarom eerbiedigen we hierin de overheid niet? Is het niet heel makkelijk als kerken hun leden er op wijzen dat rechtszaken niet thuishoren in een kerk? Wat moet je dan tegen onrecht doen dat juist door leiders begaan wordt?

Zomaar laten voortbestaan van onrecht is júist níet wat God van ons vraagt. Als de bijbel ons oproept om ruzies niet bij de rechter uit te vechten, ligt er en taak. Deze is niet uitsluitend gericht aan gemeenteleden, maar juist aan kerkenraden.  Ook aan geestelijke leiders is de oproep om het zover niet te laten komen gericht. Ik ervaar het als onheus dat uitgerekend zíj, de leden van de kerkenraad, deze morele verplichting uitsluitend neerleggen bij G1. De leden van de kerkenraad wentelen zich ondertussen in onschuld. Het frame dat ze daarbij gebruiken werkt uitstekend. De gemeente schijnt ook te denken dat er maar één partij is die schuldig is aan het voortduren van het conflict.

Hoorzitting

De hoorzitting vindt plaats op dinsdag 22 mei. G1 staat in haar eentje tegenover de rechter, de kerkenraad komt met een in het privacy-recht gespecialiseerde advocaat. In mijn ogen echt onnodig, maar misschien ‘kost’ die minder dan eerlijkheid. In een verzoekschriftprocedure is het geen vereiste om een advocaat in de arm te nemen. Tijdens de rechtszaak geeft KR-P3 omstandig aan dat de kerkenraad nauwkeurig een werkdossier bijhoudt over de kwestie met G1.  Dit dossier bewaart men zolang het conflict niet opgelost is. Het kerkelijk archief kent verschillende niveaus van toegang.

Beide partijen geven aan dat het niet om pastorale zaken gaat, maar over de organisatie van het gemeenteleven. In elk geval iets waarover we het met elkaar eens zijn. Tijdens de hoorzitting erkent de kerkenraad dat er tóch een dossier bestaat. Verrassend, want in de brief aan G1 (180127) staat toch echt iets anders. Die brief vormt nota bene de reden om het verzoek bij de rechter neer te leggen!

Overzicht dossier

Als de rechter vraagt of de kerkenraad een overzicht kan verstrekken van het conflictdossier, is dit echter niet mogelijk. De scriba, KR-S2.2 is ook wat verbouwereerd over de door KR-P3 geschetste situatie. De rechter vraagt vervolgens aan mij of ik dan voor zo’n overzicht kan zorgen.  In mijn verklaring, als getuige van G1, heb ik aangegeven in het bezit te zijn van relevante stukken. De rechter vraagt de kerkenraad of hij hier mee in kan stemmen. De kerkenraad stemt in, maar stelt als voorwaarde dat ik daarbij niet mijn ambtsgeheim mag schenden. Ook mag het overzicht mij niet zondermeer naar G1 worden opgestuurd.

De rechter bepaalt dat de opgave door mij aan de rechtbank dient te worden voorgelegd. Vervolgens zal de rechtbank toetsen of er sprake is van schending geheimhoudingsplicht.

Publicaties

Het Nederlands Dagblad (ND 180523) en het Reformatorisch Dagblad  (RD 180523), beiden aanwezig, plaatsen de volgende dag een kort artikeltje. De artikeltjes zijn zowel aan ons als aan de kerkenraad ter instemming voorgelegd. De instemming is kennelijk ook door de kerkenraad gegeven. Het proces-verbaal (verslag) van de zitting krijgen de kerkenraad en G1 enige dagen later (180524) al opgestuurd.

In de weken daarna maak ik een selectie uit mijn omvangrijke dossier. Conform het bepaalde door de rechtbank voldoe ik aan de opdracht een overzicht te leveren. Ik houd daarbij voor ogen dat het als basis kan dienen bij gesprekken over verzoening. Ik neem er documenten in op die door G1, G8, mijzelf, gemandateerden, of door de kerkenraad zijn geschreven. De lijst omvat 80 documenten, waarvan er slechts 22 qua bestaan en inhoud nog onbekend zijn bij G1. Op 29 mei ontvangt de griffier van de Rechtbank te WP7 de inhoudsopgave. Deze heb ik namens  en met instemming van de kerkenraad  opgesteld. Een ontvangstbevestiging volgt; mijn opgave zal aan de rechter ter beoordeling worden voorgelegd.

Kerkenraad reageert vanwege publicaties

Als reactie op de publicaties in het ND en het RD overkomt ons iets ingrijpends; we ‘voelen’ het nog vaak. Bij de afkondigingen voorafgaand aan de eredienst wordt er al het nodige gezegd over de rechtszaak. Maar de kerkdienst gebruikt de kerkenraad om in elk postvak van gemeenteleden een brief (180527)  over de rechtszaak te stoppen.

Ik heb er alle begrip voor dat de kerkenraad iets over de rechtszaak en over het conflict moet melden aan de gemeente. Maar dit had echt in overleg gemoeten. Er blijkt uit elke brief van G1, G8 en van mij van de afgelopen jaren dat wij graag verzoening willen. Waarom doet de kerkenraad daaraan geen recht door het tegengestelde te suggereren? Is het enkele feit dat het conflict in de openbaarheid is gekomen pas een aanleiding om in beweging te komen? Is er dan pas moeite met het vieren van avondmaal? Wie van de leden van de kerkenraad heeft in de afgelopen jaren de moeite genomen om uit betrokkenheid op bezoek te gaan bij G1 en G8? Wanneer is er gevraagd naar hun verdriet over het conflict? Op welke wijze hebben leden van de kerkenraad laten zien dat het excuus echt gemeend was?

Morele uitsluiting van het avondmaal

De kerkenraad heeft hier mijns inziens dubbelhartig gehandeld door als verweer steeds de aanval op G1 te openen. Moreel zijn we vanaf dit moment uitgesloten om nog deel te mogen en te kunnen nemen aan het avondmaal in WP1. We zijn kapot van de inhoud van de brief die op geen enkele manier recht doet aan onze intenties. We vermoeden dat deze brief niet geschreven zou zijn bij een andere tussenbeslissing van de rechter. De rechtsgang was namelijk al maanden bekend bij de kerkenraad en had door hem voorkomen kunnen worden. Desondanks wordt nu gesuggereerd alsof het de kerkenraad plotseling overkomen is.

Als reactie op de uitsluitingsbrief schrijf ik op de eerstvolgende zaterdag met G1/G8 een brief (zie juni 2018) aan de kerkenraad. We hopen op een tegemoetkomende reactie van de kerkenraad.

Uitstel jaarlijkse visitatie

Op diezelfde zondagmorgen deelt de kerkenraad aan de gemeente mee dat de jaarlijkse kerkvisitatie is uitgesteld tot na de zomervakantie. Het gaat om de visitatie die oorspronkelijk voor de volgende avond gepland stond. Een reden voor het uitstel wordt niet gegeven. Uiteindelijk zal het uitstel tot een jaar later verlengd worden.


Acties kerkenraad                 Acties                  Acties kerkleden
Rechtbank en ICG

  180501 – ICG stelt M1 en G1 op de hoogte van opnieuw traject  
    180509: G1 en M1 reageren op verzoek ICG
    180511 – G1 stuurt aanvulling op haar verzoekschrift
180514 – Verweerschrift kerkenraad aan de Rechtbank 180514: ICG reageert n.a.v. vragen G1 en M1  
    180515: G1 en M1 gaan akkoord met ICG-traject
  180523 – ND Privacy kerklid voor de rechter  
  180523 – RD Gemeentelid gkv eist inzage in archief  
  180524 – Proces-verbaal van de Rechtbank  
  180525: ICG geeft samenstelling van behandelcommissie  
180527 – Brief van de kerkenraad aan de gemeente van WP1 over rechtszaak    
    180529 – (Email) M1 aan GRF1 – Inhoudsopgave dossier
    180529b – (Bijlage) M1 aan GRF1 – Inhoudsopgave dossier